Gebeurteniscodes worden gebruikt om een mogelijke onverwachte of speciale gebeurtenis in het rooster van een leerling aan te geven. In dit artikel ontdekt u de verschillende gebeurteniscodes en leert u hoe u ze kunt gebruiken.
De vier soorten gebeurteniscodes:
- ABS: Absent, gecodeerd door de kamerbeheerder wanneer de student afwezig is;
- REC: Recuperatie, gecodeerd door de cursuscoördinator om de recuperatiedagen van de student aan te geven;
- AIP: Activity of Professional Insertion, gecodeerd door de stagecoördinator om aan te geven dat de stagedag op de school plaatsvindt;
- MFP: Master of Practical Training, gecodeerd door de stagebegeleider zelf om de dag aan te geven waarop hij de leerling tijdens de stage komt bezoeken
Hoe een evenementcode in het tijdschema invoeren :
Klik op de lege ruimte onder de uren van de agenda en voer de code in met het toetsenbord. Klik ergens om te bevestigen.
Opmerkingen
0 opmerkingen
U moet u aanmelden om een opmerking te plaatsen.